- Binnen twee werkdagen verzonden
- Gratis lespakket voor het onderwijs
Het verhaal
Het verhaal van ‘Japien de Joode’
Op 17 september 1936 ging de Amsterdamse joodse koopman Israël Samuel Kropveld met de trein naar Enkhuizen. Vandaar nam hij de boot die hem naar het eiland Urk bracht. Israël Samuel Kropveld had een grote rugzak en twee grote koffers bij zich, vol met allerlei spullen voor de verkoop. Een tijdje daarvoor had hij een gesprek met een goede vriend van hem, de Urker Jan Mars. Toen Israël aangaf nog maar moeilijk zijn brood te kunnen verdienen in de stad, zei Jan Mars: ‘Waarom probeer je het niet op Urk? Daar kunnen we wel een koopman in allerlei gebruiken’. En zo is het gegaan. Op Urk werd Israël ‘Japien de Joode’ genoemd. Het klikte tussen hem en de Urkers en al gauw was hij een bekende verschijning met z’n kar en z’n roep in de Urker straten. Twee dagen per week was hij op het eiland.
Het beviel zo goed dat hij, vlak voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, besloot om op het eiland te gaan wonen met zijn vrouw Hendrika en dochter Lea. Ze hadden het er goed en voelden zich thuis op Urk en met de Urkers.
De oorlog bracht langzaam maar zeker verandering teweeg. In mei 1942 moesten zij zich op last van de Duitsers weer in de stad Amsterdam vestigen. Urker vrienden hebben meermalen aangeboden om onder te duiken, maar dat wilde hij niet. Toen ze bijna een jaar later toch besloten om onder te duiken werden ze opgepakt en naar kamp Westerbork gevoerd. Van daaruit zijn ze op 6 april op transport gesteld naar vernietigingskamp Sobibor waar ze direct na aankomst op 9 april 1943 zijn vergast.
In totaal zijn 89 familieleden van Israël Samuel Kropveld vermoord in de Tweede Wereldoorlog. Het verhaal van deze kleine familie is exemplarisch voor de geschiedenis van de Jodenvervolging in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Het stripboek ‘Japien de Joode’ maakt deze geschiedenis toegankelijk voor oud en jong.